Verlatingsangst bij honden - Boomy
Word verdeler

Verlatingsangst bij honden

Volgt je hond je overal waar je heen gaat? Houdt je hond je al scherp in de gaten als je nog maar opstaat uit je zetel? Of blijft hij janken en blaffen tot je terug bent? Raakt je hond zo overstuur als hij alleen is dat alle kussens, deurstijlen, stoelpoten… eraan moeten geloven. Als je beste vriend zich gedraagt als een goed opgevoede hond zolang jij in de buurt bent, maar verandert in een angstige of destructieve hond als je weg bent, dan heeft hij misschien wel verlatingsangst.

Wat is verlatingsangst?

Een hond die verlatingsangst heeft voelt zich onrustig, angstig of gefrustreerd wanneer je hem alleen laat. Soms ervaart hij diezelfde gevoelens ook wanneer er iemand anders is die hij goed kent, maar zijn vaste baasje niet in de buurt is.

Een hond is van oorsprong een roedeldier en voelt zich van nature sterk en veilig in groepsverband. Het zijn ook sociale dieren en zijn het liefste bij ons. Maar dat gaat natuurlijk niet altijd. Daarom is het belangrijk je hond te leren dat het OK is om even alleen te blijven. En vooral dat je altijd weer terug komt…

Hoe ontstaat verlatingsangst?

Verlatingsangst kan zich al ontwikkelen op zeer jonge leeftijd. Sommige honden zijn als pup te vaak en veel te lang alleen gelaten. Anderen werden verwaarloosd of misbruikt. Maar ook later kan verlatingsangst nog ontstaan: na een traumatische ervaring, een verhuis, het overlijden van zijn baasje of na een herplaatsing. Soms gedraagt een dier zich jarenlang normaal en dan is er plots dat onverklaarbaar destructief gedrag. Dan ga je best eens na of er iets veranderd is in je gezin: een kind dat het nest verlaat, of jij die een nieuwe job hebt waardoor je langer van huis bent. Wanneer een hond die stress niet aankan en angstig wordt, gaat hij onaangepast gedrag vertonen. Daarnaast kan verlatingsangst ook voorkomen wanneer de hond vanaf jonge leeftijd niet ‘geleerd’ wordt om alleen te zijn.

Hoe herken je verlatingsangst?

Het verschil tussen verlatingsangst en slecht gedrag is eigenlijk eenvoudig: dieren met verlatingsangst vertonen afwijkend gedrag wanneer ze niet bij hun baasje kunnen zijn. Panikeert je hond helemaal als je hem alleen laat of hij je niet ziet, dan zal je zeker één of meerdere van onderstaande signalen herkennen.

  • Veel huilen en piepen of constant blaffen
  • Meubels, kussens, gordijnen enz. kapot bijten of eraan krabben
  • Plassen of grote boodschap doen in huis ook al zijn ze zindelijk
  • Overdreven kwijlen en hijgen
  • ijsberen
  • Zichzelf verwonden
  • Proberen te ontsnappen (zie je bijvoorbaald aan kapotte deuren)
  • Zijn eten en drinken onaangeroerd laten staan als hij alleen is
  • Als het baasje thuis is, hem OVERAL volgen
  • Extreem blij en hyper zijn als je weer thuiskomt

Straffen helpt niet

Het belangrijkste in deze situatie: straffen helpt NIET! Wat je hond ook kapot gemaakt heeft of wat je ook bij je thuiskomst aantreft; straffen maakt het alleen maar erger. Want zodra je hond je afwezigheid en thuiskomst associeert met straf, zal zijn angst alleen nog maar groter worden.

Wat kan je wel doen?

Het belangrijkste is dat je hond moet leren dat hij er op kan vertrouwen dat jij steeds terugkomt. Dit kan je alleen maar doen door te oefenen en dat kan best wat tijd in beslag nemen.

Zit en blijf

Een eerste oefening is ‘zit en blijf’. Laat je hond zitten én blijven, terwijl je gewoon door het huis loopt. Als hij dit flink doet, beloon hem dan met een lekker Boomy koekje. Als het nog niet onmiddellijk lukt om te blijven zitten, probeer het opnieuw,  maar nu minder lang en dichterbij. Zodra je merkt dat het begint te werken, kan je langzaam de tijd en de afstand vergroten.

Je eigen gewoontes veranderen

Dan is het belangrijk om je eigen gewoontes te veranderen. Wat doe je normaal als je vertrekt? Volg je steeds hetzelfde ritueel? Je schoenen aandoen, dag zeggen tegen je huisgenoten, je handtas nemen of je sleutels van het sleutelrekje nemen? Dit zijn allemaal dingen waardoor er bij je hond een belletje gaat rinkelen en hij weet dat je zo dadelijk gaat vertrekken. Hij associeert jouw handelingen voor je vertrek met zijn eigen ongepast gedrag en angst. De bedoeling is nu de link die hij legt tussen jouw gedrag en je vertrek te doorbreken. En hiervoor moet je je eigen routine voor vertrek helemaal veranderen. Doordat jij je routine verandert, gaat je hond ondervinden dat je altijd terugkomt, want dat ga je hem aanleren aan de hand van vertrek-oefeningen.

Vertrekoefeningen

Je veranderde ‘vertrekgewoontes’ moeten gelijktijdig gebeuren met korte vertrekoefeningen. Neem niet uitbundig afscheid, maar negeer hem liever. Je kan eventueel de radio of tv aanzetten of geef hem een lekkere Boomy snack waar hij lang zoet mee is. Verlang niet te veel ineens, maar verlaat de kamer maar heel eventjes. Kom terug en negeer je hond helemaal en reageer niet op de dingen die hij kapot gemaakt heeft. Als hij weer rustig is, kan je hem kort aanhalen. Het is belangrijk dat je deze vertrekoefeningen heel langzaam opbouwt (minuut per minuut) en de duur van je afwezigheid systematisch langer maakt. Op die manier leert je hond dat je altijd terug komt als je weggaat. Herhaal deze oefeningen steeds weer zodat hij dit onder de knie krijgt.

Je kan ook samen even lekker in de tuin ravotten of een stevige wandeling maken voordat je vertrekt. Dan is je hond alvast moe en zal hij sneller geneigd zijn wat te gaan slapen.

Moest dit allemaal niet zo goed lukken, schakel dan zeker professionele hulp in. Je dierenarts kan je zeker op weg helpen. Er bestaat tegenwoordig goede medicatie die je hond soms dat tikkeltje extra geeft waardoor hij vlotter door dit leerproces geraakt. Of laat je begeleiden door een therapeut die gespecialiseerd is in gedragsproblemen bij honden.

Dus…

Het allerbelangrijkste bij honden met verlatingsangst: neem je tijd en vergeet niet dat het onaangepast gedrag dat hij vertoont nóóit bedoeld is om vervelend te doen. Straf je hond dus niet, maar probeer hem gerust te stellen. Leer hem stapsgewijs dat je altijd terugkomt! Succes!